zaterdag 9 augustus 2008

Belediging van godsdienst

De Algemene Vergadering en de Raad voor Mensenrechten van de Verenigde Naties keurde onlangs twee resoluties goed die problemen veroorzaken voor de uitoefening van het recht op vrije meningsuiting.Die resoluties gaan over belediging van religie in het algemeen, en vooral over de opkomst van islamofobie sinds 2001, over nieuwe wetten die moslims viseren of hen discrimineren, en negatieve beeldvorming over de islam in de media. In de resoluties worden lidstaten, media en ngo’s opgeroepen om de dialoog tussen culturen en religies te verbeteren, maar de lidstaten worden ook aangemaand om de verspreiding te verbieden van ideeën, beeldmateriaal en geschriften, die racistisch of xenofoob zijn of die religies in het vizier nemen. Er worden eveneens wettelijke beschermingsmaatregelen tegen belediging van godsdiensten aanbevolen. In het Internationaal Verdrag inzake Burgerrechten en Politieke Rechten (1966) worden wel een beperkt aantal uitzonderingen toegelaten op de vrije meningsuiting zoals de bescherming van nationale veiligheid en de openbare orde, of de eerbiediging van de rechten en de reputatie van anderen, maar nu zou daar dus de eerbiediging van godsdiensten of geloofsovertuigingen bijkomen.
Mensenrechtenorganisaties, niet in de laatste plaats uit islamitische staten, vrezen dat dit censuur zal rechtvaardigen. Het standpunt van PEN in deze aangelegenheid is duidelijk: godsdiensten zijn systemen van ideeën, die ingebed zijn in instellingen en soms ook in staten. En daarom kunnen ze niet uitgesloten worden van kritiek en bevraging. International PEN steunt de VN in hun inspanningen om het recht van alle individuen op vrije uitoefening van hun godsdienst te beschermen en alle vormen van religieuze discriminatie te beëindigen. Maar het meent dat die doelstellingen al worden gewaarborgd in het bestaande VN-mandaat, met name in artikel 20 van de Universele Verklaring van de Mensenrechten (het recht op vrije godsdienstkeuze). En dat kan gebeuren zonder een ander fundamenteel mensenrecht, gewaarborgd in artikel 19, aan te tasten. Want in dat artikel staat: ‘Een ieder heeft recht op vrijheid van mening en meningsuiting. Dit recht omvat de vrijheid om zonder inmenging een mening te koesteren en om door alle middelen en ongeacht grenzen inlichtingen en denkbeelden op te sporen, te ontvangen en door te geven.’ Godsdienstige opvattingen horen immers bij ‘denkbeelden’…

International PEN vraagt dan ook dat deze twee VN-resoluties worden herzien, en dat er ruimte wordt gecreëerd voor een dialoog, waarin uiteenlopende opvattingen over thema’s zoals godsdienst met elkaar worden geconfronteerd zonder angst voor wettelijke of fysieke bestraffing. Alleen op die manier kunnen begrip en tolerantie worden bevorderd.

Geen opmerkingen: