In februari 2004 werd de Servische journalist Dejan Anastasijević in Brussel uitgenodigd voor een conferentie over het Europese veiligheidsbeleid. Hij vroeg een Belgisch visum aan in Belgrado en legde daarbij een officiële uitnodiging voor van EU-secretaris-generaal Javier Solana. Toen kreeg Anastasijević te horen dat die uitnodiging niet telde „omdat Solana geen Belgisch staatsburger is en de Europese Unie geen Belgisch bedrijf is“. Een jaar later vroeg Anastasijević opnieuw een visum aan om in Spanje een conferentie bij te wonen en opnieuw kwam hetzelfde antwoord. „Deze keer kreeg ik te horen dat Solana niet in Spanje resideerde“, aldus Anastasijević, „maar ik kreeg uiteindelijk m’n visum toch toen ik dreigde er een persartikel over te schrijven“.
Anastasijević was niet de enige die dit overkwam. Het aanvragen van een visum blijft een lange, dure en stresserende procedure vereisen. Bovendien is het voor de aanvragers vaak ook een vernederende ervaring. Pro-Europese hervormers in deze niet-EU-landen voelen zich gediscrimineerd, zakenlui voelen zich begrensd, jonge mensen voelen zich gevangen gezet.
Maar misschien is er beterschap op komst. In 2008 formuleerde de EU een aantal concrete door de landen in kwestie na te komen vereisten voor zogenaamde „visa roadmaps“. Als Bosnië, Kroatië, Servië en andere landen aan deze voorwaarden voldoen, zal de EU de visumvereisten laten vallen. Over dit Schengen White List Project, dat ijvert voor het recht voor de Westelijke Balkanlanden op visumvrij reizen, leest u hier meer.
bron: Nieuwsbrief ESI (European Stability Initiative), 20 maart 2009.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten